Ben jij ook zo gek van Spanje maar twijfel je af en toe over hoe je de zaken best aanpakt om niet uit de toon te vallen? Geen zorgen, met dit lijstje van de meest courante beginnersfouten en misvattingen, beleef jij je vakantie als een échte local.
You can thank me later!
- Een restaurant beoordelen louter op de looks? Don’t! Laat je niet misleiden, Spanjaarden zijn vooral bezig met wat er óp hun bord ligt, en de meest onaantrekkelijke plekjes kunnen je op gastronomisch vlak flink verrassen. Denk maar aan Billy’s in Moraira met spectaculair lekkere en originele tapas, of Los Jazmines in Altea waar de lekkerste paella van heel Altea geserveerd wordt. Beiden bevinden zich pal aan een drukke weg en de inrichting is niet bepaald om over naar huis te schrijven, maar wat er op tafel komt is dat des te meer!
- ’s Avonds een paella bestellen? Don’t! Dat is zoveel als zeggen ‘ik ben een toerist!’. De paella wordt door de Spanjaarden ‘s middags gegeten en daar is een goede reden voor; dit zware gerecht verteert ’s avonds laat namelijk niet meer.
- Lang natafelen onder het genot van een goed glas? Vooral doen! La sobremesa, het ontspannen napraten na een goede maaltijd, is a way of life in Spanje. Zeker in het weekend, volgen na de koffie de gin&tonics en het is dan ook heel gewoon om pas tegen zes uur in de namiddag van tafel te komen. Hou daar dus ook rekening mee als je met Spaanse vrienden op stap gaat of hen uitnodigt. La sobremesa is een instituut en mag dus niet ontbreken.
- Iets te vieren met bubbels? Do! Maar weet je ook wanneer? Want met de uitzondering van cava streek Catalonië, waar je met een gerust hart cava kan drinken voor, na en zelfs tijdens de maaltijd, is het in de rest van Spanje gebruikelijk om de fles bubbels pas ná de maaltijd te laten aanrukken. Helemaal anders dus dan in Noord Europa, waar er vaak geaperitiefd wordt met bubbels. In Spanje wordt de cava echter samen met het dessert geserveerd. De zogenaamde brindis of toast wordt uitgebracht en dit is tevens het moment waarop eventuele cadeautjes overhandigd én uitgepakt worden in bijzijn van het hele gezelschap.
- Leuke nieuwe plekjes gaan verkennen? Vooral doen, maar beter niet tijdens de befaamde siësta. Wie tussen half twee en half zes ergens heen trekt, zal het ’s zomers niet alleen bijzonder warm krijgen, maar treft vermoedelijk een ingeslapen stadje aan en mist de authentieke, levendige sfeer die er op andere momenten van de dag wél hangt. Maak dus niet te fout om ergens tussen vijf en zes in de namiddag (jawel, in Spanje is dit nog namiddag, wat wij kennen als avond begint in Spanje pas vanaf een uur of negen..!) weer huiswaarts te keren, want nét dan komt het Spaanse leven langzaam maar zeker weer op gang, worden er koffies gedronken, gaan de winkels terug open en de locals weer aan het werk of trekken ze er op uit en vullen de straten zich met mensen. En dán is wanneer jij er ook wil zijn!
- Benieuwd naar het verschil tussen Spaans en de lokale voertaal van de streek; Valenciaans? Maak vooral niet de vergissing om naar het Valenciaanse ‘dialect’ te vragen want er is geen grotere belediging mogelijk. Het Valenciaans is in de ogen van van wie het spreekt een volwaardige taal naast het Spaans of zogenaamde ‘Castellano’. Je bent bij deze gewaarschuwd!
- ¿Dos cervezas por favor? Vooral doen! Je bestelt beter zoals de Spanjaarden, twee keer na elkaar een klein biertje of zogenaamde caña. Trap niet in de typische toeristenval van de grotere pinta. Dit halve liter glas wordt namelijk heel snel lauw wanneer het warm is en smaakt dus allesbehalve verfrissend. Hoewel de gratis tapa meer iets is van het Zuiden, zijn er hier en daar ook wel barretjes waar je bij je drankje een klein hapje krijgt, meteen nóg een reden om liever een keer meer een kleiner drankje te bestellen.
